9. Ontleedbaar of niet ontleedbaar
• Wat weet je nog?
• Uitleg
• Nakijken
• Aan het werk
• Huiswerk
10. Zuivere stoffen
• Zuivere stoffen kun je verdelen in:
• Ontleedbare stoffen waterstofperioxide
en water
• Niet ontleedbare stoffen water en zuurstof
12. Ontleedbare stoffen
• Bestaan uit meerdere atoomsoorten
• Die kunnen door een ontledingsreactie
worden omgezet in twee of meer stoffen
13. Niet ontleedbare stoffen
• Dit is een stof die bestaat uit 1 atoomsoort en
die kan niet meer door een ontledingsreactie
veranderd worden in andere stoffen
• Bijvoorbeeld Koolstof (C)
• Zuurstof (O2)
14. Ontleden? Scheiden?
• Ontleden is wat anders dan scheiden
• Bij scheiden heb je dezelfde beginstoffen als
de eindstoffen
• Bij ontleden veranderen de beginnstoffen in
andere eindproducten
• Scheiden = GEEN chemische reactie
15. Waterstofperioxide
• Is een ontleedbare stof
• Kun je ontleden in water en zuurstof
Waterstofperioxide (l) – zuurstof (g) + water (l)
• Kun je gebruiken op verschillende manieren:
– Haar blonderen
– Mond spoelen
– Wasgoed bleken
16. Behandelen!
• Scheiden mengsel
• Vormen mengsel
• Fase overgang
• Chemische reactie
• Van mengsel zuiver stof maken
• Niet ontleedbare stoffen maken
21. Symbolen taal
• Universeel
• Symbolen voor de stoffen
• Symbool = Hoofdletter
• Soms hoofdletter + kleine letter
• Bijv. O = oxygen = zuurstof
• Fe = Iron = ijzer
24. Moleculen
• Model maken van moleculen.
• Opbouw van een model:
– Alle stoffen bestaan uit moleculen
– Elke stof heeft een eigen soort moleculen
– Scheiden is het sorteren van molecuulsoorten
– Moleculen zijn opgebouwd uit nog kleinere
deeltjes atomen
25. Scheikundige reactie
• Bij een scheikundige reactie worden
moleculen afgebroken. Je hebt dus dan aparte
atomen. Van die atomen worden daarna weer
nieuwe moleculen gemaakt.
• Je raakt geen atomen kwijt bij een reactie
maar je maakt met de atomen uit de
beginstoffen nu nieuwe reactie producten.
26. Ontleedbare stof
• Een molecuul van een ontleedbare stof is
opgebouwd uit meerdere atoomsoorten
• Bijv. bij water, dat bestaat uit zuurstof- en
waterstof atomen.
27. Niet ontleedbare stof
• Een molecuul van een niet- ontleedbare stof is
opgebouwd uit 1 atoomsoort
28. Verbinding
• Een verbinding is een ontleedbare stof.
• Hier zijn twee stoffen met elkaar verbonden
met de atomen.
29. Element
• Het woord atoomsoort wordt niet altijd
gebruikt. We gebruiken ook vaak het woord
element.
• Een element = een niet- ontleedbare stof.
• Voorbeeld keukenzout is opgebouwd uit de
elementen natrium en chloor.
30. Niet ontleedbare stoffen dus
elementen
• Bestaan uit 1 atoomsoort
• Er zijn ongeveer 100 verschillende
atoomsoorten
35. Moleculen
• Model maken van moleculen.
• Opbouw van een model:
– Alle stoffen bestaan uit moleculen
– Elke stof heeft een eigen soort moleculen
– Scheiden is het sorteren van molecuulsoorten
– Moleculen zijn opgebouwd uit nog kleinere
deeltjes atomen
36. Scheikundige reactie
• Bij een scheikundige reactie of chemische
reactie worden moleculen afgebroken. Je hebt
dus dan aparte atomen. Van die atomen
worden daarna weer nieuwe moleculen
gemaakt.
• Je raakt geen atomen kwijt bij een reactie
maar je maakt met de atomen uit de
beginstoffen nu nieuwe reactie producten.
39. Formules
• Mono is 1
• Di is 2
• Tabel moet
• je kennen!!
Naam stof Molecuul formule stof
Koolstofdioxide Co2 (g)
Koolstofmono-oxide CO (g)
Methaan CH4 (g)
Stikstof N2 (g)
Stikstofdioxide NO2 (g)
Stikstofmono-oxide NO (g)
Water H2O (l)
Waterstof H2 (g)
Zuurstof 02 (g)
Zwaveldioxide SO2 (g)